`
De kokospalm of klapperboom (Cocos nucifera) behoort tot de palmenfamilie (Palmae of Arecaceae). Het is de enige soort in het geslacht Cocos, een zogeheten monotypisch geslacht. Het endocarp van de vrucht, met de kiemopeningen, lijkt op het gezicht van een aap, die in het Portugees coco wordt genoemd. De palm kan tot 30 m hoog worden en heeft 4–6 m lange bladeren. De oude bladeren vallen af, maar de bladvoeten blijven zitten en vormen zo de stam. De stam is een schijnstam, omdat deze niet op de gewone wijze gevormd wordt zoals bij een boom, maar door stapeling van de bladvoeten.
De kokosnoot, ook bekend als 'klapper', wat een vernederlandsing is van het Maleise kelapa, is eigenlijk geen noot maar een steenvrucht, waarvan het mesocarp niet vlezig maar vezelig is
In Indonesie wordt de kokosnoot vers en jong verkocht, vaak op straat. Men kan dan bij een stalletje een hele vrucht kopen waar men eerst met een rietje het klapperwater uit kan drinken. Vervolgens wordt het vaak jonge, malse vruchtvlees voor de klant uit de schil gehaald door de verkoper.
Ook wordt 'kokosmelk' gebruikt. Dat is een vloeistof die wordt verkregen door geraspte kokos te mengen met warm water en vervolgens uit te knijpen. In de toko is dit te koop in kleine, geconcentreerde blokken, soms onder de naam "creamed coconut" of santen (de Indonesische naam). Ook is kokosmelk en -room te koop in blikken. uit de palm kan ook suiker worden gewonnen, de palmsuiker.
20 oktober 2024 - Javaanse rituelen
Kallenkote 53
8345 HE, Kallenkote
Of neem contact op voor meer informatie